Je partner aandeelhouder maken? Dit moet je weten.
Wanneer moet je je partner aandeelhouder maken van je vennootschap?
’t Is beslist: je gaat je vennootschap oprichten. En hoewel je dat perfect in je eentje kan, is het slim om ook even aan je partner te denken. Want liefde doet leven, toch? Zeker als je elkaar eerder al het ja-woord gaf (don’t worry, je kostuum en trouwkleed mogen deze keer in de kast blijven). Hoe jullie met elkaar verbonden zijn, bepaalt of het zin heeft om je partner op te nemen als aandeelhouder (of net niet). Soms is het totaal overbodig, in andere situaties biedt het net extra bescherming. Zing je nog volop de “If you like it, then you shoulda put a ring on it”-anthem? Of gewoon géén trouwplannen, maar wel verliefd en samenwonend? Ook dan is ’t de moeite om verder te lezen.
In deze blogpost duiken we in de verschillende huwelijksstelsels in België, wat die betekenen voor je vennootschap én wat je kan doen als je (nog) geen trouwring draagt. Zo ben je vanaf de start goed voorbereid. Want een goed begin is het halve werk, toch?
TL;DR:
Je vennootschap opstarten én meteen je partner beschermen? Het kan. Maar ’t hangt af van je huwelijksstelsel én je toekomstplannen. Niet getrouwd? Niet getreurd! Ook dan hebben we duidelijk advies voor je:
✔ Wettelijk stelsel? Gebruik jullie gemeenschappelijke middelen om je vennootschap op te richten. De eigendomsrechten en financiële inkomsten komen in de gemeenschap terecht.
✔ Algehele gemeenschap? Alles is al samen, dus you’re all set.
✔ Scheiding van goederen of samenwonend? Je bent alleen eigenaar van de vennootschap en alle inkomsten zijn voor jou alleen.
Wil je je partner toch mee aan boord (ook financieel)? Maak je partner dan aandeelhouder, maar zorg dat jij de touwtjes in handen houdt. Denk: 51% - 49%.
Je hebt een managementvennootschap opgericht. Of je staat misschien op het punt om eentje op te richten. Spannend!
Maar... wat met je partner? Heeft die automatisch rechten in jouw vennootschap? En wil je dat wel of net niet?
Geen zorgen, we helpen je helderheid scheppen. Hieronder vind je de verschillende situaties. Klik gewoon op wat voor jou van toepassing is, dan hoef je geen tijd te verliezen met te lezen wat niet relevant is.
Let’s go. Ben je gehuwd:
Of ben je niet gehuwd, maar wel samenwonend?
Of heb je (nog) geen partner, maar wil je gewoon goed voorbereid zijn voor wanneer dat wit paard (liefst met prins of prinses) opduikt? Dan lees je de blog toch gewoon van ‘t begin tot einde. 😉
Het wettelijk stelsel
We beginnen bij het meest voorkomende huwelijksstelsel: het zuiver wettelijk stelsel. Simpel gezegd: als je trouwt zonder huwelijkscontract, dan zijn alle inkomsten die jullie tijdens het huwelijk verwerven gemeenschappelijk. Geen ‘mijn deel, jouw deel’ meer dus, maar alles samen in één potje.
Logisch gevolg van het wettelijk stelsel is dat de inbreng bij de oprichting gebeurt met gelden uit het gemeenschappelijk vermogen. Dit zorgt ervoor dat de eigendomsrechten van de vennootschap tot het gemeenschappelijk vermogen behoren. Dat geldt ook voor wat eruit komt: dividenden, lonen, enzovoort.
Een voorbeeld
Je ontvangt €10.000 dividenden uit je vennootschap. Was je nog niet getrouwd, dan was dat 100% jouw geld. Maar eens je onder het wettelijk stelsel valt, behoort die €10.000 automatisch tot het gemeenschappelijk vermogen.
En da’s exact de logica van dit stelsel: wat binnenkomt, is van jullie samen. In deze situatie heeft het weinig zin om je echtgeno(o)t(e) aandeelhouder te maken. Alles wordt sowieso gedeeld.
Tenzij…
-
Dan gebeurde de inbreng met jouw eigen middelen van vóór jullie samen trouwden. De vennootschap blijft dan volledig van jou. Je partner heeft wel recht op de inkomsten die je eruit haalt tijdens het huwelijk (zoals dividenden of loon), maar niet op het eigendom van de vennootschap zelf.
-
Ook dat kan. Het is wat tegenstrijdig met het idee van het wettelijk stelsel, maar in dat geval blijft de vennootschap ook van jou alleen.
Val je in één van die uitzonderingen, maar wil je je partner toch laten meegenieten van de vennootschap zelf? Dan kan je hen officieel aandeelhouder maken.
Scheiding van goederen
Ben je getrouwd onder het stelsel van scheiding van goederen? Dan ligt het anders. Jullie behouden elk je eigen vermogen, zowel van voor als tijdens het huwelijk. Alles wat jij als brave echtgeno(o)t(e) verdient, blijft dus gewoon van jou. Ook je aandelen.
Je partner heeft dus geen eigendomsrechten en deelt ook niet automatisch mee in de opbrengsten.
Aangezien je bewust voor dit stelsel gekozen hebt, is dat meestal ook de bedoeling. Helemaal oké dus om het zo te willen houden. Maar als je je partner toch nog rechten wilt geven, kan je hen uiteraard officieel aandeelhouder maken.
Stelsel van algehele gemeenschap
Hebben jullie bewust gekozen voor het stelsel van algehele gemeenschap? Dan is er geen ‘van mij, van jou’ meer. Alles is gemeenschappelijk, ook wat je al had vóór jullie elkaar het ja-woord gaven. En dat maakt het in dit geval simpel: alles gaat samen in één potje, ook de aandelen én de rechten die daaraan verbonden zijn.
Je echtgeno(o)te is dus automatisch beschermd en deelt mee in de winst. Aandelen overdragen is hier compleet overbodig.
Niet getrouwd, wél samenwonend
Bon, die ring is er (nog) niet van gekomen. Of misschien ga je gewoon niet akkoord met de “If you like it, then you shoulda put a ring on it”-anthem en zie je trouwen niet zitten. Ook helemaal oké.
Of jullie nu feitelijk of wettelijk samenwonen: jullie vermogens zijn nog steeds strikt gescheiden. Er bestaat hier geen gemeenschappelijk vermogen. Je partner heeft dus geen eigendomsrechten en deelt ook niet automatisch mee in de opbrengsten. Wil je daar iets aan veranderen? Dan kan je hen officieel aandeelhouder maken.
Dus wacht, heeft mijn partner nu rechten of niet?
Ja, in deze situaties heeft jouw partner rechten
Bij het wettelijk stelsel: je partner geniet mee van de inkomsten uit de vennootschap tijdens het huwelijk wanneer de inbreng gebeurde met gelden uit het gemeenschappelijk vermogen bij de oprichting.
In het stelsel van algehele gemeenschap is er geen ‘van mij, van jou’ meer. Alles is gemeenschappelijk, ook wat je al had vóór jullie elkaar het ja-woord gaven.
-
Onder het wettelijk stelsel: Inkomsten die tijdens het huwelijk werden opgebouwd, moeten verdeeld worden bij een scheiding. De vennootschap zelf ook (tenzij je deze voor het huwelijk, of met eigen middelen hebt opgericht).
Onder het stelsel van algehele gemeenschap: De vennootschap wordt in de pot gegooid. Bij een echtscheiding moet ze mee verdeeld worden.
-
We gaan er natuurlijk het liefst van uit dat jullie gelukkig samen blijven. Maar stel dat er iets onverwachts gebeurt en jij overlijdt… Omdat het toch héél belangrijk is om daar bij stil te staan, zijn we volop aan het werken aan een nieuwe blog! Blijf je graag op de hoogte? Schrijf jullie dan in op de nieuwsbrief! (Die vind je onderaan de homepagina)
-
Als je gehuwd bent onder het wettelijk stelsel, kan je jouw managementvennootschap oprichten met geld van vóór het huwelijk. In dat geval blijft die vennootschap volledig van jou. Je kan je partner wel niet uitsluiten van de financiële opbrengsten, want die horen in dat stelsel automatisch bij jullie samen. Da’s hoe het wettelijk stelsel werkt.
Denk goed na als je deze keuze wil maken, als je kiest voor een aparte regeling, heeft dat andere gevolgen bij een eventuele scheiding of overlijden dan de bepalingen bij het huwelijk in het wettelijk stelsel.Ook in een huwelijkscontract kunnen bepalingen omtrent de eigendomsrechten van de managementvennootschap opgenomen worden.
Neen, in deze situaties heeft jouw partner geen rechten
Ben je getrouwd onder scheiding van goederen of woon je gewoon samen (zowel feitelijk als wettelijk)? Dan is het simpel: jouw partner heeft géén eigendomsrechten op de vennootschap en geniet ook niet automatisch mee van de financiële opbrengsten. Alles is en blijft van jou. Geen eigendom, geen inkomsten, maar ook geen automatisch erfrecht.
Als je getrouwd bent onder het wettelijk stelsel en je hebt de inbreng gedaan met geld van vóór je huwelijk (of je vennootschap bestond al vóór je trouwde), dan blijft die vennootschap van jou. Maar, wat je ermee verdient tijdens het huwelijk, dat deel je automatisch. Je partner heeft geen eigendomsrechten, maar wél recht op de opbrengsten. Da’s nu eenmaal hoe het wettelijk stelsel werkt.
-
In dit geval staat de vennootschap volledig op jouw naam. Gaat het mis tussen jullie? Dan blijft alles ook gewoon van jou. Je partner kan geen aanspraak maken op de waarde van de vennootschap, geen aandelen, geen deel van de winst. Nada, jouw partner blijft me lege handen achter.
Wanneer je getrouwd bent met scheiding van goederen heb je hier natuurlijk bewust voor gekozen. En dat is ook hélemaal oké natuurlijk.
Maar misschien ben je geen fan van het idee “geringd voor het leven” en zie je een huwelijk niet zitten. Maar wil je toch dat jouw partner rechten heeft.
Zoals één van onze klanten het zo mooi verwoordde:
“Dankzij mijn partner kan ik meer tijd in mijn vennootschap steken, omdat mijn partner voor het huishouden zorgt. Dus vind ik het maar vanzelfsprekend dat ik hen niet met lege handen zou achterlaten, mochten we toch uit elkaar gaan.”
Daarom heeft deze klant dus gekozen om hun partner aandeelhouder te maken.
-
We gaan er natuurlijk het liefst van uit dat jullie gelukkig samen blijven. Maar stel dat er iets onverwachts gebeurt en jij overlijdt… Omdat het toch héél belangrijk is om daar bij stil te staan, daarom zijn we daar ook een blog over aan het schrijven! Stay tuned!
-
Wil je dat je partner meegeniet van jouw vennootschap en werd dit niet geregeld via het huwelijk of een testament? Maak hem of haar dan officieel aandeelhouder.
Zo geef je het recht tot een stukje van het bezit, de opbrengsten én jawel, de zeggenschap. Ook hier geldt: als je ’t vooral doet om je partner te beschermen, zorg dan dat jij de meerderheid van de aandelen houdt. Een 51-49 verdeling is ideaal. Zo is er bescherming, maar hou jij wel het laatste woord (’t is te zeggen, in je bedrijf, hé).
Conclusie
Je vennootschap oprichten én je partner financieel beschermen? Klinkt logisch! Maar dan moet je ’t wel slim aanpakken. Hier nog even op een rij wat we in jouw plaats zouden doen:
Algehele gemeenschap? Alles is sowieso al van samen. Je partner aandeelhouder maken is dus overbodig, die zit al in de boot.
Wettelijk stelsel? Richt je vennootschap op met gemeenschappelijke middelen tijdens het huwelijk, of maak jouw partner aandeelhouder als je die ook iets wil laten zeggen. De opbrengsten zijn sowieso gedeeld.
Scheiding van goederen? Het is oké om de boel gescheiden te houden. Hier heb je tenslotte voor gekozen bij het huwelijk. Wil je jouw partner toch betrekken bij de vennootschap? Maak je partner aandeelhouder, maar hou zelf de touwtjes in handen met een 51-49 verdeling. Zo ben jij kapitein van het schip, en is je partner verzekerd van een plekje aan dek.
Wettelijk of feitelijk samenwonend? Wil je jouw partner aandeelhouder maken, zeker oké, maar hou zelf de touwtjes in handen met een 51-49 verdeling. Zo ben jij kapitein van het schip, en is je partner verzekerd van een plekje aan dek.
Twijfel je nog? Babbel dan gewoon eens met die van de boekhouding. We luisteren naar jouw situatie, denken met je mee en geven je duidelijk en eerlijk advies. Enfin, over je vennootschap hé. Voor huwelijksadvies verwijzen we je graag door, da’s een andere expertise. 😅
Woordenschatlijst voor niet-boekhouders
Als ze bij die van de boekhouding enthousiast beginnen over eigendomsrechten en nalatenschap terwijl jij eigenlijk gewoon wil weten of je jouw partner best aandeelhouder maakt of niet, dan is deze woordenlijst voor jou. 😉
-
Iemand die (een stukje van) een vennootschap bezit. Je hoeft geen grote investeerder te zijn, zelfs met 1 aandeel ben je al officieel aandeelhouder.
-
Winstuitkeringen die je als aandeelhouder krijgt. Zie het als een beloning omdat je mee-eigenaar bent van de vennootschap. Niet te verwarren met loon.
-
Boekhoudtaal voor "loon". Dit is de kost die je vennootschap maakt om jou als bedrijfsleider een netto-loon uit te betalen. Je vennootschap boekt het bruto-loon als kost. Daarna wordt de bedrijfsvoorheffing ingehouden en doorgestort naar vadertje staat. Wat overblijft? Het netto-loon, dat netjes op je privérekening belandt. (Bruto – bedrijfsvoorheffing = wat jij krijgt 😉).
-
Wie de aandelen bezit. Da’s iets anders dan wie de inkomsten eruit krijgt. Ook al stroomt het geld binnen op je gemeenschappelijke rekening, de aandelen zelf kunnen juridisch toch enkel van jou zijn, tenzij je ze met gemeenschappelijk geld hebt aangekocht.
-
Wie de eigendomsrechten van een vennootschap heeft, is de officiële eigenaar. Die persoon of personen hebben dus zeggenschap over wat er met de vennootschap gebeurt én recht op (een deel van) de waarde van die vennootschap. Denk: aandelen, beslissingen, verkoop, winst bij liquidatie…
Heb jij 100% van de eigendomsrechten? Dan is de vennootschap volledig van jou. Eigendomsrechten zijn niet hetzelfde als het recht op inkomsten. Je partner kan financieel meegenieten (zoals via dividenden of loon), zónder dat ze ook eigenaar zijn.
-
Financiële rechten gaan over het recht om mee te genieten van de opbrengsten. Niet van de vennootschap zelf, maar van wat eruit komt: dividenden, bezoldiging, winstuitkeringen... dat soort zaken.
Je hoeft geen eigenaar te zijn om financiële rechten te hebben. Zo kan je partner recht hebben op een deel van de inkomsten uit jouw vennootschap, zónder ook maar één aandeel te bezitten.
-
Geld dat je alleen hebt, zoals spaargeld van vóór je huwelijk, of een erfenis/schenking. Als je daar je vennootschap mee opricht, blijft ze (in principe) van jou alleen.
-
Geld dat jullie samen hebben, bijvoorbeeld jullie loon tijdens het huwelijk, of iets wat jullie samen kochten. Als je daarmee een vennootschap opricht, wordt die (deels) van jullie allebei.
-
De standaard als je trouwt zonder huwelijkscontract. Alles wat je tijdens het huwelijk verdient, is van jullie samen. Wat je had vóór het huwelijk, blijft van jou.
-
Jullie houden elk je eigen vermogen volledig gescheiden. Je hebt geen recht op wat de ander verdient of bezit, tenzij jullie daar expliciet afspraken over maken.
-
Hier is alles gemeenschappelijk. Wat je al had vóór je huwelijk, wat je nadien verdient, opbrengsten, aandelen… alles gaat samen in de pot.
-
Alles wat je achterlaat bij overlijden, en wat verdeeld wordt onder je erfgenamen.